Een brug in natuursteen op modules

In het dorpje Roanne vlakbij de watervallen van Coo vind je een brug over de Amblève. Deze brug stond model voor een nieuw bouwproject. De viaduct bestaat in model uit twee modules van 60 x 120 cm. Rechts sluit het aan op het station Coo-Roanne. Links volgt het tracé het landschap en verdwijnt het even verder in een tunnel. Het spoor ligt op 130 cm boven de grond. De valei heeft een diepte van 80 cm.

Houtconstructie

De onderbouw van de viaduct is gemaakt in multiplex van vijf mm. De brug werd vooraf uitgetekend op papier en met een wipzaag uitgesneden. Ook het loopvlak van de sporen werd nauwkeurig uitgezaagd. Met houtlijm, fijne nagels en met lijmklemmen werd de houten constructie gemonteerd. De poten van de brug is op blokken op een voetplaat gelijmd. Bij de bouw is gekozen voor stevigheid en minder voor lichte materialen. De viaduct heeft een S-vorm en beantwoordt aan de NEM-normen voor modules. De brugonderdelen worden met nagels en houtlijm gemonteerd en met lijmklemmen gefixeerd.

 

Natuursteen in klei

De brug is opgetrokken in natuursteen. In model zijn deze steentjes één voor één in klei gedrukt. Hiervoor is boetseerklei van het merk 'Das' gebruikt. Deze klei is verpakt in speciale folie. Eenmaal de verpakking is geopend, wordt de klei vochtig bewaard in een goed afsluitbare verpakking. 'Das' is en witte modelleerklei met voldoende elasticiteit die relatief langzaam droogt. Deze eigenschappen zijn belangrijk tijdens het uitharden van de klei, zodat geen barsten en scheuren in de klei kunnen ontstaan. Een mogelijk alternatief is klei van het merk Darwi.

Om de natuurstenen na te maken is elke pijler bekleedt met een dunne laag klei. Hiervoor werd de klei uitgerold op een glasplaat. De glasplaat en de rol worden vooraf natgemaakt met een plantenspuit om te voorkomen dat de klei blijft kleven. Wanneer de kleilaag ongeveer vijf mm dik is, wordt de laag in één geheel tegen een pijler gekleefd die eerst met houtlijm is ingesmeerd. Op de hoeken wordt een aangrenzende laag samengesmolten met de reeds aanwezige laag. Soms heb je de plantenspuit nodig om de laag vochtig te houden. Onmiddellijk daarna worden de horizontale voegen aangebracht. Bijvoorbeeld met een lat in metaal die zacht in de klei wordt gedrukt.

De afstand tussen de rijen varieert van drie tot acht mm. Ook in werkelijkheid lopen deze lijnen niet perfect. Vermijd dat je de horizontale voegen tot op het hout doordrukt. Het gevaar bestaat dat tijdens het drogen de voegen open breken waardoor breuken en barsten kunnen ontstaan. Onmiddellijk na het aanbrengen van de horizontale lijnen wordt gestart met de verticale voegen. Hiervoor worden stripjes uit polystyreen gebruikt. De stenen in eenzelfde rij hebben ongeveer gelijke afmetingen. Verder liggen de stenen boven elkaar in een kruisverband. Naarmate de tijd verstrijkt, wordt de klei langzaam hard. Het uitdrogen kan je met een plantenspuit uitstellen. Normaal heb je ongeveer één uur tijd. Voor de klei echt hard wordt ga je met de vlakke hand voorzichtig over de stenen om de uitstekende restjes klei te verwijderen.

De boordstenen rond de bogen worden met een dun laagje klei nagemaakt en tegen de bestaande laag aangedrukt. Met een mes worden de voegen in de hoekstenen gemaakt. De ornamenten tussen de bogen worden nagebootst met een knop die in de klei wordt gedrukt. De binnenzijde van de boog is bedekt met een lag fineer en wordt geschilderd met Heki-Dur grondverf 7102 voor de imitatie van een laag cement. 

De brug geschilderd met plakkaatverf van Talens die met water kan aangelengd worden. Tijdens het schilderen wordt de verf verdund met een plantenspuit. Met een doekje wordt de verf uitgewreven zodat je extra effecten kunt creëren.

De basis van het landschap wordt gevormd met verschillende lagen met isolatieplaten Styrodur in hardschuim. Met een rasp en een staalborstel wordt het landschap vorm gegeven. Op de platen worden de contouren van het landschap en de onverharde wegen uitgetekend. Boven het hardschuim komt een laag vezelpap dat bestaat uit houtvezels en plaaster en wordt met een spatel aangebracht. 

Het hardschuim verdwijnt onder een laag vezelpap. Op enkele plaatsen worden rotsen in plaaster ingewerkt. Ook de ondergrond van het landschap wordt met verschillende kleuren bewerkt. Sommige delen worden met de grasmaster bestrooid. Daarna wordt het landschap afgewerkt met klassieke landschapsmaterialen. De meeste bomen zijn gemaakt van Zeeschuim en bevlokt met Heki. Voor de achtergrond is geschilderd door een liefhebber. Hiervoor zijn waterverf en kleurpigmenten gebruikt.

In het midden van beide brugdelen is een vakwerkbrug geplaatst. De brug is gemaakt met Stip Styreen van Evergreen. Om de voeg tussen de twee modules weg te werken is een wegneembare asfaltweg met een onderbouw in hout gelegd.