Afdrukken

951 IMG0147 

De Post neemt de trein

Met de komst van 'den ijzeren weg' in 1835 kreeg ook de post interesse in het vervoer van poststukken over het spoor. Reeds in 1837 werd het eerste contract met de spoorwegen afgesloten, wat een grote ommekeer in de behandeling van de briefwisseling met zich meebracht. Het spoorwegverkeer breidde meer en meer uit, waardoor de paardenkoets als vervoermiddel tussen grote steden geleidelijk verdween.

Het eerste spoorwegpostkantoor rijdt op 15 september 1840 op de lijn Brussel-Antwerpen. Dit initiatief wordt gevolgd door meer en meer diensten naargelang het spoorwegnet verder uitbreidt. Op 30 januari 1850 werd de nieuwe postdienst definitief opgericht bij Koninklijk Besluit. Het voorzag in de invoering van postvervoer op alle lijnen van de Staatsspoorwegen. Later zullen eveneens de Nationale Maatschappij van Buurtspoorwegen (29 mei 1884) en verschillende stedelijke trammaatschappijen mee ingeschakeld worden in het postvervoer. 

De Autonome Poststrein APT AM35

In de jaren 1950 nam het vervoer van post meer en meer uitbreiding. in zoverre dat de postdiensten niet meer bij machte waren om alle aangeboden stukken tijdens de posttreinritten te sorteren. De treinen reden immers steeds sneller en de modernere treinstellen beschikten over heel wat minder laadruimte dan de vroeger gebruikte bagagewagens. Bij de NS had men dit probleem opgelost door de ombouw van buiten dienst gesteld materieel. De Belgische posterijen namen dit idee over en begon hierover besprekingen met de NMBS op 20 november 1959.

Aanvankelijk had de post aan volledige nieuwbouw gedacht, doch de NMBS stelde voor om de oude treinstellen AM35 te verbouwen. Als gevolg
van dit voorstel vroeg de post op 15 maart 1960 aan de NMBS om geen AM35 te slopen. De vervanging van de eerste, uit 1935 stammende elektrische motorstellen AM35 werd voorzien in een beslissing van de Raad van Beheer op 29 augustus 1958. Oorspronkelijk gold de uitgestelde sloop zowel motor- en de tussenrijtuigen. Op 12 oktober 1961 werd echter beslist om alleen de motorrijtuigen te behouden en de tussenrijtuigen vrij te geven voor gebruik als dienstwagens. De motorwagens zouden worden samengevoegd om als nieuwe tweeledige poststellen dienst te doen.

In 1962 waren de plannen voor deze treinstellen klaar en reeds op 3 oktober 1962 vond een proefrit plaats op de lijn Brussel-Charleroi. Het kostenbestek opgesteld op 3 juli 1963 door de Centrale Werkplaats te Mechelen, vermeldde als basisprijs voorde verbouwing een bedrag van 6,5 miljoen Belgische frank (ongeveer 162.500 euro).

Tijdens een vergadering op 5 november 1964 werd bij de NMBS de ombouw besproken. Een hele reeks verbouwingen en aanpassingen kwam aan de orde. Omstreeks de jaarwisseling 1964 - 1965 stelde de CW Mechelen de planning van de verbouwingswerkzaamheden op. In samenwerking met de werkplaats van Schaarbeek, die instond voor de gedeeltelijke ommanteling van de rijtuigen, werden in de CW Mechelen voorbereidingen getroffen om
aan de ombouwwerken te kunnen beginnen. De aflevering van het eerste poststel werd verwacht omstreeks einde 1966. Reeds vlug bleek deze datum
te optimistisch ingeschat. Het materieel bevond zich in een veel slechtere staat dan verwacht. Bovendien konden de voorziene motoren niet langer worden weerhouden en er werd beslist dezelfde tractiemotoren te gebruiken als deze bij de stellen type 50 en 53.

De posterijen hadden een optie op alle twaalf oude stellen type AM35. Het werden er uiteindelijk acht. Op 1 december 1967 verliet het eerste
omgebouwde stel met nummer 221.801 de Centrale Werkplaats. Na de overdracht aan de posterijen kon het personeel op 1 en 2 februari 1968 met het nieuwe materiaal kennis maken te Brussel Zuid. Het duurde echter nog tot 5 maart 1968 vooraleer het treinstel aan de pers werd voorgesteld. De eerste officiële proefrit liep tussen Brussel en Luxembourg. Naarmate de overige stellen werden afgewerkt kwamen ook Gent, Oostende, Liège en Hasselt bij verdere proefritten aan de beurt. Vanaf 23 april 1968 kwam het eerste treinstel 221.801 in geregelde dienst tussen Luxemburg + Jemelle - Namen - Brussel. Op 24 juni 1968 waren er vier stellen in dienst (221.801, 221.802, 221.803 (reserve) en 221.804 op de as naar Luxemburg. Op 4 augustus kwamen er twee nieuwe verbindingen bij, één Gent - Brussel - Gent en naar Oostende (werd in Gent gekoppeld aan het stel naar Brussel).

Op 7 maart 1968 sloten de spoorwegen en de posterijen een overeenkomst betreffende het onderhoud en de herstelling van de stellen. Op 15 maart 1968 gebeurde dit eveneens m.b.t. de besturing, het gebruik en de exploitatie. Een overeenkomst met de CFL omtrent het rijden op het Luxemburgse net kwam tot stand op 31 januari 1969.

Sinds 1971 wordt aan boord geen post meer gesorteerd. De lading wordt nog wel begeleid door postpersoneel. Door geen post meer te sorteren kan het materiaal veel intensiever ingezet worden. Tegelijk wordt nog steeds veel post vervoerd door gewone reizigerstreinen. 
In mei 1971 rijden er autonome posttreinen tussen Brussel - Luxembourg, Brussel - Gent, Brussel -Jemelle, Brussel - Oostende en Gent - Antwerpen.
Op 1 maart 1980 wordt de dienst uitgebreid met ritten tussen Brussel - Verviers en  Gent- Kortrijk (vanaf 1981).

Op 24 december 1976 kwam een akkoord tot stand lussen de NMBS en de post m.b.t. de aankoop van acht nieuwe, thyristor-gestuurde treinstellen. Toen echter op 6 maart 1979 de prijs van deze bestelling bekend geraakte, zagen de posterijen van aanschaf af van deze aankoop wegens... geldgebrek. 

Bij de invoering van het IC/IR-plan (3 juni 1984) werd de mogelijkheid om post te vervoeren met gewone reizigerstreinen (groene treinstellen) aanzienlijk verminderd. De verdere exploitatie van de autonome posttreinen werd grondig onderzocht, wat resulteerde in een akkoord met de NMBS over het behoud van het postvervoer per spoor voor een tijdsspanne van twee jaar. Er werd gesneefd naar een nog rationeler gebruik van de autonome posttreinen. Naast de diensten Brussel - Namur - Jemelle, Gent - Antwerpen - Kortrijk - Gent,  Brussel - Verviers, Brussel - Antwerpen en Brussel - Oostende, kwam er een pendeldienst tussen Antwerpen Centraal en Antwerpen Oost. Deze diensten werden uitsluitend verzekerd door rode poststellen. In de voormiddag telde men 5 ritten heen en terug. in de namiddag 4 ritten heen en terug. Dit leverde een dagtotaal op van 18 ritten. De pendeldiensten werden voorheen gereden met gewone groene treinstellen.
Daar de acht bestaande poststellen het vervoer niet alleen aankonden besliste men om vanaf 30 september 1984 de poststellen bij te staan door gewone groene treinstellen. 
Een beperkte sorteerdienst vindt plaats tijdens de laatste uitwisselingsritten. Dit heeft tot gevolg dat de rode postreinen opnieuw verdwijnen uit de pendeldienst tussen Antwerpen Centraal en Antwerpen Oost. Op de verbinding naar Hasselt en Luik-Guillemins leverde de dienstregeling meer dan eens problemen op ingevolge de drukte op lijn 36. De posterijen vroegen daarom de poststellen om te leiden via Aarschot en Diest. Dit leverde een heroriëntering op van de stellen, maar wijzigde verder niets aan het bedieningsprincipe dat werd ingevoerd sinds 30 september 1984.

 

In 1986 kregen de intussen oude poststellen voor een laatste keer een nieuw nummer van 001 tot 008. Tegen het jaareinde 1988 kwamen de nieuwe postmotorstellen ex AM 54 in dienst. Met dit nieuwe materieel kon gewerkt worden met rolcontainers. Daarvoor moesten op sommige plaatsen de laad en loskaden worden aangepast. Na deze aanpassing kwamen de nieuwe poststellen in dienst. 

Nummering APT AM 35 

Nummer Afwerking
kast
Oud nr. rijtuigen Nummer 
01-01-71
Nummer
01-03-74 (1)
Nummer
01-07-86 (2)
221.801 01.12.67 213.007 - 217.007 801 951 001
221.802 01.02.68 213.005 - 217.004 802 952 002
221.803 04.03.68 213.009 - 217.005 803 953 003
221.804 16.04.68 213.001 - 217.011 804 954 004
221.805 30.05.68 213.008 - 217.008 805 955 005
221.806 08.07.68 213.011 - 217.006 806 956 006
221.807 09.09.68 213.004 - 217.009 807 957 007
221.808 25.10.68 213.006 - 217.001 808 958 008

(1) hernummering op 1.3.74 ingevolge levering vierledig motorstellen reeks 08 (801 / 844)
(2) hernummering op 1.7.86 ingevolge levering AM 86 stellen (901 / 935)

 

De nieuwe poststellen APT AM54 

Door de steeds toenemende defecten op bij de APT AM 35 werd vervanging steeds dringender. Deze toestand leidde tot een nieuw akkoord tussen
de posterijen en de NMBS.Dit akkoord is er echter slechts gekomen na heel veel overleg: beide instellingen bevinden zich immers in een herstructureringsfase. Zowel de spoorwegen (IC/IR-plan, Top plan, reorganisaties en herverdeling van de werkverschaffing) als de post
(Plan ,.Post 90") streven naar één zelfde doel : een beter product afleveren tegen een goedkoper tarief. Geruime tijd werd gediscussieerd over de vraag of men in de toekomst het postvervoer verder per spoor dan wel met vrachtwagens zou verzekeren. Uiteindelijk hebben beiden elkaar gevonden in een nieuw tienjarig contract dat eind 1987 werd afgesloten. Opnieuw werd gekozen voor de ombouw van bestaande motorsrellen.

AM961 APT (eigenl 963)   Bru Zd 16 03 1988 E90307 spoor 2 (foto Jan Mahieu)Het poststel APT AM54 met het nummer 961 en 'Poste 90' op de zijkant tijdens de persvoorstelling op 16 maart 1988. Na de persvoorstelling kreeg het treinstel zijn origineel toegewezen nummer 963 terug in de CW Mechelen (foto: Jan Mahieu)

 

Het oog viel op de reeks AM 54. Hiervan kwamen 15 eenheden in aanmerking. Voor ombouw tot nieuwe posttreinen werden vijftien stellen gekozen uit de nummerreeks 051 tot 128, in spoorwegjargon het type 54 (reeks 00) genoemd. De prijs voor deze om bouw bedroeg ongeveer 20 miljoen frank (500.000 euro) per stel. Op volgende stellen kwamen oorspronkelijk in aanmerking: 071, 074, 080, 084, 085, 086, 087, 091, 093, 109, 110, 117, 118, 123 en 128. Het stel 087 werd op 30 november 1987 echter betrokken bij een ongeval te Nameche, waarbij het zwaar werd beschadigd. Verder verkeert het oorspronkelijk aangeduide stel 071 in zulke erbarmelijke toestand, dat ook in dit geval ombouw zeer onwaarschijnlijk wordt. De stellen 120 en 111 werden als vervangers aangeduid. 

Toen op 16 maart 1988 het eerste omgebouwde stel ex-109 officieel aan de pers werd voorgesteld in Brussel Zuid, had de nieuwe posttrein reeds een bewogen ombouwgeschiedenis achter de rug. Op 27 januari werden met de eerste nieuweling met het nummer 963 proefritten gedaan tussen Mechelen en Haacht. De oorspronkelijk tot Landen geplande rit diende vroegtijdig te worden onderbroken ingevolge een defekt. De volgende dag ging echter alles naar wens en werd er tot Landen gereden. Op 2 februari werden de afgevaardigden van de Posterijen uitgenodigd om de resultaten te komen beoordelen, met als gevolg dat werd gevraagd de algemene presentatie van het stel te wijzigen. De schildering van het stel werd daarbij volledig herdacht, Het tweede kopvenster werd dichtgemaakt en op het front verscheen de verstrengelde symbolen van de post en de NMBS.

Op 8 maart was het motorstel afgewerkt volgens de nieuwe richtlijnen. Het bleef echter nog tot op 16 maart in de CW te Mechelen. Bij gelegenheid van de persvoorstelling werd het nummer 963 nog in bliksemsnel gewijzigd in 961. Nog diezelfde 16e maart keerde het stel terug naar de Centrale Werkplaats. waar het opnieuw het oorspronkelijk inschrijvingsnummer 963 (definitief) kreeg toebedeeld. Van dit verblijf in de CW werd gebruik gemaakt om de handgrepen aan de deuren van de stuurposten te verlengen en om de opstaptreden te verplaatsen. Op 26 april diende het stel aanwezig te zijn bij de eerste steenlegging van het nieuwe postsorteercentrum Antwerpen X te Berchem. Het kwam uit Mechelen via Antwerpen. Na de plechtigheden ging het terug richting CW Mechelen om op verdere beslissingen van het departement M te wachten voor de uiteindelijk indienststelling. 

Het volgende af te leveren motorstel was het voormalige nummer 080 dat het nieuwe nummer 961 kreeg toegewezen. Schildering en opschriften zijn identiek aan het stel 963. Alleen de vermelding 'POST 90' verdwijnt om plaats te maken voor 'POST' langs de ene en het woord 'POSTE' langs de andere zijde.

De nieuwe stellen werden officieel in dienst gesteld op 11 juli 1988. Ze doen dienst in de beurtregelingen van de begeleide autonome Posterijen. Nadat alle vijftien stellen afgeleverd waren, werden de groene tweetjes niet langer meer aangewend voor het postvervoer. De nieuwe stellen 961 t.e.m. 975 worden in Kinkempois onderhouden.

Overzicht van het werkschema 

Nieuw nummer Oud nummer Start ombouw Einde ombouw
  963* 109 14.10.87 15.03.88
  961* 080 19.10.87 22.06.88
  962* 085 23.11.87 22.06.88
    964** 086 29.02.88 28.06.88
965 117 21.03.88 20.07.88
966 123 13.04.88 02.08.88
967 118 04.05.88 11.08.88
968 074 24.05.88 01.09.88
669 091 07 06.88 29.09.88
970 093 28.06.88 14.10.88
971 128 12.07.88 04.11.88
972 084 01.08.88 16.11.88
973 120 22.08.88 29.11.88
974 110   09.12.88
975 112   16.12.88

* Nota dept M van 31.12.87 bepaald de nieuwe nummers van de stellen 109, 080 en 085. Er is hernummerd in volgorde van rangorde AM54 (080 - 961, 085 - 912, 109 - 963)
** nota dept. M van 14.3.88 bepaald het nieuwe nummer toe te kennen aan stel 086 (086 - 964). Vanaf dan worden de nieuwe nummers toegekend in volgorde van inrit van de om te bouwen motorstelen.

Inzet

De poststellen AM APT 54 werden ingezet vanaf de postsorteercentra Antwerpen, Gent, Luik en Charleroi en reden naar Brussel Klein Eiland. In Brussel gebeurde de uitwisseling van de poststukken. Binnen het uur werden de rijtuigen gelost en werden nieuwe goederen geladen. Daarna reden de stellen verder naar de volgende bestemming. De meeste treinen naar Brussel werden in de vooravond en voor 1 uur 's nachts ingelegd. Naast de vijf grote postsorteercentra kon je de poststellen ook overdag spotten op de verbindingen naar andere ophaalpunten. Regelmatig kon je een posttrein waarnemen met twee of meer gekoppelde stellen. De poststukken werden vervoerd in kleine containers. Per stel konden 86 containers of 32 ton vervoerd worden. In 2003 werd de samenwerking met de NMBS stopgezet en werd het vervoer overgenomen door vrachtwagens.

Schilderingen APT AM54

Tijdens zijn loopbaan kende het poststel APT 54 verschillende schilderingen. De allereerste uitvoering werd door centrale werkplaats in Mechelen uitgewerkt. Hierbij werd de kast in het rood geschilderd met gele zichtbaarheidsstrepen. Het dak was donkergrijs. Op de zijkant was een doorlopende witte band aangebracht. De rolluiken waren wit en in het midden van elk rijtuig stond de vermelding in kleine letters 'POSTE BELGE' en 'BELGISCHE POSTERIJEN' gescheiden door het logo van De Post. Vooraan was een groot B-logo aangebracht. Bij de eerste kennismaking van de Posterijen met dit eerste ontwerp was men niet tevreden over de uiterlijke verschijning en wenste men een aantal verbeteringen aan te brengen. 
Voor de persvoorstelling kreeg de 963 tijdelijk het nummer 961. De kast, het dak en de rolluiken waren rood geschilderd. De gele strepen op het front werden behouden. Op de zijkant werden vier witte banden getrokken die gevolgd werden door de tekst POSTE '90 aan de ene zijde en POST '90 aan de andere kant. Op het front staat het logo van De Post dat gedeeltelijk overlapt met logo van de NMBS. Na de persvoorstelling kreeg het treinstel opnieuw het nummer 963. Bij de andere veertien stellen werd de tekst op de zijkant beperkt tot POSTE en POST.
Vanaf 1998 kregen alle treinstellen een nieuwe schildering. Het rood bleef behouden maar de witte banden en de tekst POSTE en POST verdwenen. In de plaats kwamen op elke wagen twee nieuwe logo's van bpost. Op het front werden de logo's van bpost en de NMBS van elkaar gescheiden. Naar aanleiding van dit onderhoud verscheen het poststel met nr. 968 tijdelijk zonder nieuwe logo's omdat de stickers met het logo nog niet geleverd waren.

Afmetingen

  APT AM 35 APT AM 54
Totale lengte 44.970 45.280
Lengte kast 22.270 + 22.270 22.272
Afstand tussen de draaistellen 14.850 15.250
Radstand draaistel 2.550 2.500
Breedte 2.990 2.990
Breedte rolluiken --- 1.600
Diameter wielen 1.010 1.010
Hoogte inclusief panto 4.605 4.400
Totaal gewicht 140 ton 118 ton
Max snelheid 120 km/u 130 km/u
Inter-circulatie Ja Neen
Panto 1 xAcec 2 x Acec
Vermogen continu 250 pk (190 kW) 208 pk (158,9 Kw)
Lading 22 ton 32 ton
Lading met panto 10 ton 16 ton
Lading zonder panto 12 ton 16 ton

Bronnen

Rail Revue waarvan de tekst gedeeltelijk werd overgenomen uit Rail Revue 14/88, mat als auteurs Jan Mahieu en Staf Cuyt,
Spoorwegjournaal,
Op de Baan (TSP)